Cultuurplatform
van Urgent.fm
en cultuur- en onderwijspartners van de stad Gent

contact
partners

REVIEW BIG NEXT FESTIVAL

REVIEW | NONE
vr 19.09.2014 | 07:30

door Bert De Geyter

Michael Kiwanuka, Palma Violets, SX, Kurt Vile, Future Islands,... Ze hebben allemaal een ding gemeen: ooit speelden ze in een kleine Gentse club onder de noemer van Democrazy’s Big Next. Gisteren, 13 september, werd dit concept voor de eerste maal omgevormd tot een heus festival. Onder het motto “Strictly new music” kon je op verschillende podia op het DOK terecht voor ruwe diamanten en enthousiast talent.

 

We werden gelanceerd met de spacey, UFO geïnspireerde tripjazz van STUFF. Waar deze heren tot vorig jaar nog vooral in de undergound opereerden, stuiteren hun futuristische grooves sinds kort ook ver daarbuiten. Toch konden we ons niet van de indruk ontdoen dat hun klankexperimenten met DJ en elektrische saxofoon beter hadden geaard op een minder zonnig tijdstip. (EV)

 

Ook de sound van Hydrogen Sea nestelt zich in de buitenste lagen van de exosfeer. Al is het hier een heel ander soort spacey. Geen lancering, maar een zachtjes-de-grond-voelen-wegzakken terwijl ijle lucht je de adem afsnijdt. Of dat is in ieder geval het gevoel dat wij kregen toen we Birsen Uçar en PJ Seaux voor het eerst live aan het werk zagen in een eivol café, bijna een jaar geleden. Met een kloof van vijf meter tussen podium en publiek was het jammer genoeg onmogelijk om deze intieme sfeer in de DOKbox te reconstrueren. Tegen het eind van de set liep deze echter mooi vol, waarna het wondermooie End Up en meer uptempo Wear Out alsnog mooie hoogtepunten vormden. (EV)

 

De vrolijkste Brusselaars zijn ongetwijfeld de heren van Robbing Millions. Hun aanstekelijke indiepop maakte het voor de aanwezigen in de DOKarena moeilijk om stil te blijven staan. Het Brusselse vijftal gaf dan ook zelf het goede voorbeeld: er werd gedanst, in de handen geklapt en zelfs in de lucht gesprongen van geluk. Robbing Millions had een grote ballon bij in de vorm van een beker, wij durven er enkele ledematen op verwedden dat ze die gewonnen hebben als gelukkigste kwintet van het land. (UV)

 

ÁslaugBrúnMagnúsdóttir, ÞórðurKáriSteinþórsson en Jófríður Ákadóttir. Neen, er is net geen kat over het toetsenbord gelopen. Dit zijn de leden van het IJslandse trio Samaris. Het drietal vulde de DOKbox met een geslaagde mix van feeërieke vocalen, warme klarinettonen en elektronische beats die bij momenten zelfs richting dubstep neigden. Het geheel vormde sferische, downtempo electro die zweefde tussen dansbaar en breekbaar. Zangeres Jófríður vertelde in gebroken Engels dat de nummers onder andere over de zon en de maan gingen. Maar wij zijn er zeker van dat zelfs liedjes over industrieterreinen betoverend mooi klinken in het IJslands. (UV)

 

De Fins-Ethiopische Mirel Wagner wist dan weer te intrigeren met haar mysterieuze, gitzwarte bluesfolk. Tergend trage, verklankte doemtaferelen rolden over de Arena; haar stem steeds dieper snijdend. Sobere intensiteit die wij graag nog eens terugzien op een duisterder uur. (EV)

 

Kevin Morby is geen nieuwkomer in het muzieklandschap. Als bassist van Woods en frontman bij The Babies is Morby al jarenlang actief in de muziekwereld. Vorig jaar kwam hij op de proppen met zijn solodebuut en in oktober zal zijn tweede album in de rekken liggen. Kevin Morby deed het in de Gentse DOKarena niet helemaal solo, hij werd op de drums bijgestaan door Justin Sullivan, ook vaste drummer bij The Babies. De verdacht Brits uitziende Amerikaan bracht indierock met folk invloeden, waarbij hij Lou Reed, Bob Dylan en Neil Young aanstipt als zijn grootste invloeden. In het nummer Reign wordt zelfs de mondharmonica bovengehaald. Laat het duidelijk zijn: Rock-’n-roll will never die. (UV)

 

Rond het vallen van de avond werd duidelijk waarom heel wat mensen niet lang hebben getwijfeld om een ticketje voor dit festival te bemachtigen. De DOKbox bleek dan ook een maat te klein voor de vokstoestroom die The Acid teweeg bracht. Hun debuut Liminal liet menig recensent reeds verschillende superlatieven van onder het stof halen, en ook hier kon het Australisch-Brits-Amerikaanse trio de verwachtingen moeiteloos inlossen. Het beklijvende stemgeluid van de Australische zanger Ry Cuming, solo beter bekend als Ry X, liet niemand onberoerd. Waar Cuming als Ry X alles zeer ingetogen houdt, worden bij The Acid alle registers opengetrokken. De aan de ribben klevende vocals van Ry X worden gecombineerd met zware bassen en synths, die variëren van traag en slepend tot opzwepend en dansbaar. The Acid leverde dit jaar een buitengewoon sterk debuut en overtuigt ook live. (UV)

 

Toegegeven, ook wij hadden zo onze favorieten vandaag. Stond met fluostift en een drietal hartjes aangestipt in onze planning: BRNS. Binnenkort treedt deze Brusselse groep aan met hun debuut “Patine”, en in afwachting daarvan tekenden wij present op de eerste rij. Het doet dan ook een beetje pijn om te moeten toegeven dat het optreden van BRNS zowat de teleurstelling van de avond is geweest. Waar de oude nummers uit mini-album “Wounded” een geniaal evenwicht vonden tussen oerdegelijke melodieën en inventieve noisepop, lijkt de “song” in hun nieuwe nummers steeds meer naar de achtergrond te schuiven. Vaak verliest de gitarist zich daarbij in een dissonant gitaarspel dat alle kanten opstuitert. Niet dat het slecht was, maar toch op zijn minst anders. We willen ons nog niet uitspreken over de plaat, maar het is toch een beetje bang afwachten. (EV)

 

De warme, gedempte soulklanken van Nick Hakim vormden het einddecor voor de eerste editie van het Big Next festival. Met een aanstekelijke spontaneïteit liet de charmante Amerikaan de overvolle Kantine kennis maken met een subtiel spel van weemoedige gitaarakkoorden en lo-fi drumsamples. Eindigen in schoonheid, zoals dat heet. Laten we hier maar snel een jaarlijkse traditie van maken! (EV) 

↓  GERELATEERDE ARTIKELS  ↓