Cultuurplatform
van Urgent.fm
en cultuur- en onderwijspartners van de stad Gent

contact
partners

REVIEW | WACHTEN OP DE ONKUNDE | NTGENT

NONE | PODIUM
za 07.11.2015 | 11:30

door Amelia Malfait

De terdoodveroordeelde Socrates voert een pletwalsend pleidooi met NTGent als publiek. Het is een doodgewone donderdagavond en Bruno Vandenbroecke herwerkt de zachte taal van de eerste filosoof tot een eigen compositie. Een voorstelling en prachtmonoloog naar de hand van Stefaan Van Brabandt, die de waanzin voorlegt, aankaart en tenietdoet. Enige fascinatie ontspringt over wat te kennen valt.

 

Begeleid door zijn innerlijk kompas, de daimon, verdedigt Socrates de rede en haar argumenten. De gifbeker die hij voorgeschoteld krijgt is niet bij machte zijn geestdrift aan het wankelen te brengen. Onmachtig inzake het gebruik van retorische kunstgrepen en strategieën, draagt hij hulde aan de waarheid in de vorm van de meest eenvoudige zinconstructies. In se voert hij een discussie, gaat hij in dialoog met zichzelf. Zijn vragen verwachten antwoorden, goed wetend dat diezelfde antwoorden valse karakters kennen, wetende dat de waarheid een soort van hersenschim voorstelt. Precies deze zoektocht, naar al haar facetten, is wat hem drijft en voortstuwt. Te makkelijk zijn de dure woorden. Te goedkoop hun waarde. Socrates wil verhulling in plaats van verwarring.

 

De dood als straf is de absurditeit zelve. Niemand is wijzer dan Socrates, en dus wordt hij in Athene door “een hoop dommerikken” de dood ingejaagd. Socrates, die je morgen ergens tegenkomt, is te werkelijkheidsgetrouw en te reëel. De mens verkiest liever wat wazige troep dan een focus op de essentie. Liever houden we die op de achtergrond, al bestaan er -uiteraard-uitzonderingen. Hij vindt het charmant dat aanwezige natuurfilosofen allerhande verklaringen plegen te kennen. Eens hij ze vraagt naar een onomwonden uitleg omtrent de natuur van de mens, blijft een antwoord uit. Net als het feit dat uit hun verklaringen, geen geluk te destilleren valt. Socrates wordt voor de voeten gelegd recht te praten wat krom is. Hij van zijn kant meent dat de pure waarheid niet bepaald iets is wat natuurfilosofen interesseert. Socrates wil verhulling in plaats van verwarring. We schrijven vier eeuwen voor de zogenaamde geboorte van ene figuur Jezus.

 

De waarheid. Haar sporen van waas. Het is niets meer dan iets wat naar alle waarschijnlijkheid, de waarheid is. Waarheid heeft een vorm, een soort zichtbaarheid waarin het inzicht in de waarheid nodig is om dichter bij dat ware te komen. Een deel is wel degelijk een geheel op zich. Het waarachtige onware bestaat niet. Voila, vastgereden op kennistheoretische problemen. Telkens dezelfde vraag dus. Of we tot die betrouwbare kennis kunnen komen. En wat als ook die vertakt?

 

Socrates, die je gisteren ergens tegenkwam, is in het -bij zijn tijdgenoten jammer genoeg afwezige- bezit van het inzicht dat alleen hij beseft dat hij praktisch gezien niets weet. Zijn waarheid is irreëel. En toch stelt zijn leven tot voorbeeld: een pleidooi om wakker te worden. Socrates biedt geen leer aan. Enkel een soort fundament dat gebruikt kan worden wanneer het denken eindigt. Filosofie begint bij de twijfel des tijds. Het absolute alles in leven is de liefde. Het verlangen naar het gemis, terwijl het probleem van de wereld ligt bij de dwazen, die overtuigd zijn van hun gelijk, hun niet-missen. In het verlangen naar de liefde, gaat de liefde op het verlangen lijken. In het verlangen van ieders gelijk, gaat het gelijk op ieders belangen beginnen lijken.

 

Antwoorden biedt hij niet. Vragen stellen is wat Socrates doet. Hij twijfelt, hij filosofeert. Hij blijft altijd luisteren. Socrates, Bruno, of de eigen weerspiegeling ervan eindigt open en onbeslist. Wie is het die, temidden alle menswezens op moeder aardkloot, het gelukkigst is? Socrates toont twee uur lang zijn ziel de weg naar huis. Hij wacht op de onkunde die leidt tot niets buiten het inzicht ervan. Dan gaat hij dood. Socrates, die je straks vermoedelijk tegenkomt, blijft nazinderen. Geeft hier en daar een veeg uit de pan. Waar Hegel sprak over een rede die de mens naar een meer bewust beleefde vrijheid zou kunnen brengen. Daar kan het begrip ‘alles’ gereduceerd worden tot oude wijn in nieuwe zakken. Socrates durft lang stil te staan. Wij, mits een gevecht tegen de weemoed, genoodzaakt nog langer.

↓  GERELATEERDE ARTIKELS  ↓