Cultuurplatform
van Urgent.fm
en cultuur- en onderwijspartners van de stad Gent

contact
partners

REVIEW | FRONT POLYPHONIE | NTGENT

REVIEW | PODIUM
do 28.04.2016 | 18:00

door fred.libert

 

De Grote Oorlog, 1914-18. Wie kent hem nog niet? Ook ik, opgegroeid in een nest waarin “De Eerste” een frequent gespreksonderwerp was en is. Toch mogen de veelheid aan herdenkingen en voorstellingen geen verzadigde vermoeidheid teweeg brengen. Te midden de herdenkingshype bevinden zich parels. Luk Perceval schittert met polyphonie. Interessant. Mooie recensies. Laten we gaan.

  

Vooraan op het podium zitten mannen, één vrouw. Op een grote ladder een tweede vrouw. Het verhaal start.

 

De polyphonie trekt zich op gang. De focus op het persoonlijk aspect. Duitsers tegenover geallieerden. Een dunne strook van enkele tientallen meters scheidt hen. De Ijzervlakte, de stellingenoorlog. De mannen, soldaten van verschillende rang, stand en leeftijd, stralen optimisme uit. Ieder zijn verhaal, maar zingen doen ze in groep, om de vijand te overklassen in decibels. Stellingenoorlog wordt stemmenoorlog.

 

Traag sleept de oorlog zich voort. We worden als publiek meegezogen in het kleine verhaal. Mooi, want hoe uniform en groot legers ook kunnen zijn, ze bestaan uit mensen. Van de jonge Belgische soldaat Emiel Seghers tot de Duitse onderofficier Stanislaus Katczinsky. Het front is daarbij niet de enige exponent van oorlog. Ook net erachter en thuis laait het vuur hoog op. Hier krijgen de vrouwen een plaats van Perceval. Een bange Belgische moeder die hoopt haar zoon terug te zien. Een Engelse zuster, volhardend in haar hulp, maar stilaan gebroken door het geziene leed.

 

Beetje bij beetje krijgt de oorlog zijn weerzinwekkende gezicht aangemeten. Adrenaline, vuil, ziektes. Elk personage begint op zijn manier te scheuren. Ondertussen blijven de bommen vallen. Pas op, wolken! Gasmasker aan. De acteurs maken de waanzin tastbaar. Ieder met zijn eigen verhaal vol twijfels, verdriet en idyllische fantasiebeelden van het leven buiten het front. Niet getreurd mannen, ook daar woedt de oorlog. De twee vrouwen houden ons op de hoogte van de groeiende onrust achter de linie.

 

In dit stuk staat het individu centraal. Wie is wie? Hoe gaat men om met zo’n pijn, zo’n ondraaglijk bestaan? Het persoonlijke in plaats van het overkoepelende, de oorlog als ontlede entiteit.

 

 

 

Voor de Duitse speeltekst is Perceval schatplichtig aan Erich Maria Remarque. De laatste schreef in 1929 Im Westen nichts Neues, zijn dagen aan het front. Zijn oorlogsrelaas viel destijds niet in goede aarde. Huiveringwekkend als het was, was het geen staaltje vaderlandsliefde. Remarque’s tekst stond niet alleen. Het oorlogsdagboek, “Le feu”, van de Franse soldaat-vrijwilliger Henri Barbusse, samen met verschillende brieven en tijdsdocumenten, bepaalden evenzeer de compositie. Duits, Nederlands, Engels, Frans. Lijden doet men niet aan één kant, noch in één taal.

 

Naast taal en verhaal, zorgen muziek en decor voor een overweldigende ervaring. Hierbij staat het instrument van Ferdinand Försch centraal. Achteraan het podium doet de sfeerschepper zijn werk. Een verticale wand met metaalplaten van verschillende grootte. Een prachtig instrument, waarop kleine bewegingen wind worden en grote dreunen veranderen in bommen. Ook al klinkt er nu en dan melodische muziek, wat Försch doet, geeft het front pas echt weer. Meestal bespeelt hij de wand alleen, soms helpen de acteurs. Het instrument, doet ook dienst als projectiescherm. Portretten van soldaten, vernielde vlaktes, dode bomen.   

 

Ik ben overdonderd en nederig. Bedankt.  

↓  GERELATEERDE ARTIKELS  ↓