Cultuurplatform
van Urgent.fm
en cultuur- en onderwijspartners van de stad Gent

contact
partners

Recensie Candide NTGent

NONE | PODIUM
zo 11.11.2012 | 14:00

door

Candide, ou l'optimisme is een satire van de achttiende-eeuwse filosoof Voltaire op de optimistische visie van Leibniz dat ‘we in de beste van alle mogelijke werelden leven’. Onder de regie van Michel Schröder wordt Candide in een hedendaags kleedje van muziektheater gestopt.

 

De jonge Benjamin Cools, die nog drama studeert, vertolkt de slungelige en onnozele Candide. Pas na Candides openingslied opent het doek en krijgen we het decor te zien. Het decor vertolkt op een abstracte manier de materiële hedendaagse samenleving. Een toren van plastieken tuinstoelen wiebelt op de rechterflank. Links hangt een paneel waar gedurende de voorstelling bewegend beeld wordt op geprojecteerd. Dat varieert van presentatrice Geena Lisa die de avondtelevisie uit de doeken doet tot pornografisch of politiek retorisch materiaal. Het eerste decennium van de éénentwintigste eeuw is visueel waarneembaar.

 

Dat merken we ook in de personages. Chris Thys vertolkt een oude, afgeleefde prostituee in een jurkje met luipaard-print en met hoog opgestoken haren. Ann Miller is de zonnebankbruine 'babe' met roze skinny jeans en lange blonde extentions. Louis van Beek is de vrolijke homo met hawaï-hemd en groene sneakers. Lien Wildemeersch speelt de dochter van een baron en tevens Candides geliefde, in een typische hedendaagse meisjesoutfit. Een voor een zullen zij in dialoog met Candide aangeven waar de best mogelijke wereld voor hen de slechtst mogelijke werd.

 

Hoewel in de uiterlijke kenmerken de lijn naar de hedendaagse samenleving sterk wordt doorgetrokken, schippert de verhaallijn tussen de oorspronkelijke versie van Candide en een contemporaine interpretatie. Het stuk opent zich met een speech van de spelleider Wim Opbrouck. Zijn retoriek vertoont vele raakvlakken met de grote vragen van het hedendaagse politieke landschap. Vooral tijdens de première dat tevens de vooravond van de gemeenteraadsverkiezingen is, wordt de functie van theater als politiek medium nogmaals uitgespeeld.

 

De decadentie of het moreel verval zoals de beginjaren van de éénentwintigste eeuw in de ogen van hedendaagse doemdenkers genoemd worden, verbeeldt zich in krachtige, expliciete danspassen op hitsige stereo-geluiden. Candide (Benjamin Cools) en Cunégonde (Lien Wildemeersch) naderen mekaar toe. Wanneer Cunégonde Candide probeert uit te kleden, komt spelleider Opbrouck tussenbeide, “geen naakt!” roepend. Vervolgens wordt Candide geslagen en met flessen water overgoten. Ook het hedendaags theater zélf betrekt Schröder dus zonder al teveel pedanterie in de satire.

 

De verhaallijn wordt gebroken en keert terug naar de tijdsgeest van Voltaire wanneer de verschillende personages aan Candide hun verleden uit de doeken doen. De dochter van de baron werd verkocht aan een Jood. De oude prostituee leidt aan syphillis. De bruingeverfde babe werd verkracht door een eunuch. Alle verhalen worden gepresenteerd met de nodige dosis hilariteit. Met metatheater en humor wilde Schröder bovenal duidelijk maken dat dit nog altijd theater is en geen realiteit. Veel sprake van echt dialoog is er dan ook niet doorheen het hele stuk. De sprekende personages wenden zich vaak tot de zaal.

 

De voorstelling wordt vaak onderbroken voor muzikale intermezzo's. Het repertoire varieert van uptempo nummers tot vocale hallelujagezangen. Door te contrasteren met moderne muziek en dans toont hij dat de oude geloofswereld passé is. Schröder trekt religie tot in het belachelijke door die laatste sentimenteel lang uit te rekken, wat op den duur louter irritant wordt. Okee, we hadden het door, het hoeft allemaal niet zo lang te duren. Vooral niet omdat de acteurs meer staan te neuriën dat feitelijke tekst te zingen.

 

Gelukkig boet het stuk niet in aan geloofwaardigheid dankzij de overtuigende prestatie van de acteursacteurs: de dominerende rol van de spelleider is op maat gesneden voor het speechtalent van Wim Opbrouck. Wanneer An Miller de waterwerken aanzette tijdens haar relaas waren we oprecht ontroerd. Wildemeersch’ danspasjes waren ronduit bekoorlijk, en we hebben nog nooit zo’n goed uitgevoerde lispel gehoord. Verder probeert Schröder alle facetten van de zaal bij het stuk te betrekken. Het publiek werd eens letterlijk aangesproken, inactieve personages verdwijnen niet van het podium maar spelen de rol van toeschouwer, Czajkowski die op podium speelt wordt meegenomen op de roadtrip naar het beloofde land in Zuid-Amerika. En er wordt wel bijzonder creatief omgegaan met de decorstukken wanneer ze gebruikt worden als seksspeeltjes.

 

Het stuk zit dus technisch goed in elkaar maar mist consistentie in overgangen en een sterke plotlijn. Het is alsof Schröder met téveel wil rekening houden én het dan nog eens grappig wil maken ook. Verder biedt het originele stuk van Voltaire antwoord op de destijdse problemen met zijn ‘Il faut cultiver notre jardin’, maar Schröders stuk begint daarmee, stelt vragen en confronteert, maar biedt geen nieuw antwoord op het einde. Zijn Candide is een amusante, maatschappijkritische satire, maar je komt met een té goed gevoel uit de zaal ondanks dat het stuk eigenlijk eindigt in vertwijfeling door alle onbeantwoorde kwesties. De grote verdienste van het stuk ligt in zijn toegankelijkheid: het is multimediaal zonder verwarring te veroorzaken, en het kaart de grote levensproblemen aan zonder te vervallen in zwaarwichtigheid of platitudes.

↓  GERELATEERDE ARTIKELS  ↓